Description
#html-body [data-pb-style=JTPXQIV]{justify-content:flex-start;display:flex;flex-direction:column;background-position:left top;background-size:cover;background-repeat:no-repeat;background-attachment:scroll;margin:0 0 10px;padding:0}Twaalf druivenrassen worden verbouwd in Rías Baixas, maar met zo’n 95 procent van de aanplant is het de witte Albariño die er de dienst uitmaakt. Volgens de legende waren het Duitse monniken die, op bedevaart naar Santiago de Compostella, de druif naar de monding van de Spaanse rivier Umia brachten. De inwoners van Galicië, en dan met name die van Rías Baixas, willen daar niks van horen. Volgens hen staat de bakermat van de druif in Galicië en komt de druif nergens anders ter wereld voor. Behalve dan onder de naam Alvarinho in Portugal, maar dat is volgens de Gallego’s iets totaal anders. Een beetje eigenwijs en trots mogen ze best zijn. Want feit is dat de mooiste Albariño’s worden gemaakt in Rías Baixas met zijn steile kustlijn, opgebouwd uit graniet en